Het tramnet van Rotterdam is al meer dan 100 jaar een belangrijk onderdeel van het openbaar vervoersysteem in de stad en haar directe omgeving. Van forenzen tot dagjesmensen: wie op de tram springt weet zich in korte tijd comfortabel en meestal zonder verkeersopstoppingen te verplaatsen. Desondanks nam het gebruik van dit vervoersmiddel de afgelopen jaren af. De stad en regio veranderden, evenals de behoefte van reizigers. En daar ontstond een mismatch.
Deze mismatch was aanleiding voor de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) om in nauwe afstemming met RET, de gemeente Rotterdam en de andere drie tramgemeenten te werken aan een plan waarbij het tramnetwerk een betere, grotere en vooral meer passende rol kan spelen in de stad: Plan Toekomstvast Tramnetwerk (PTT). APPM sloot aan om het plan mede vorm te geven en naar besluitvorming te brengen.
Pim Uijtdewilligen (MRDH), Maarten Balk (Gemeente Rotterdam) en Robert van Leusden (APPM) leggen uit welke belangrijke rol de Rotterdamse tram speelt in relatie tot de mobiliteitstransitie waarin de stad zich bevindt.
“Rotterdam kent al jaren een enorme ambitie om de mobiliteit beter te accommoderen doordat de stad en regio verstedelijken en de behoefte van reizigers verandert,” legt Pim uit. “De metro groeide dan ook in aanbod en reizigers, de bussen elektrificeerden razendsnel en ontwikkelen zich jaarlijks door. Het tramnet bleef echter ongewijzigd en kwam daardoor onvoldoende mee in de hele mobiliteitstransitie.”
En dat terwijl de tram een wezenlijk onderdeel van het OV-netwerk in de stad en regio is. “De afgelopen jaren zijn er te weinig reizigers ten opzichte van het potentieel dat ons tramnet kan vervoeren,” licht Maarten toe. “Ook zijn reistijden langer geworden, waardoor het reizen per tram minder aantrekkelijk is geworden.” De insteek van het PTT is dan ook om de tram weer aantrekkelijker te maken voor Rotterdammers en bezoekers: reistijden worden verbeterd, het netwerk aangepast en deels uitgebreid naar nieuwe gebieden. “Maar we maken ook ruimte voor andere ontwikkelingen op plekken waar de tram nu komt, als dat beter is voor de verkeersafwikkeling van andere vervoerswijzen, de leefbaarheid en de verkeersveiligheid,” vult Pim aan. “Dat betekent dat de tram in drukke straten soms een stap terug moet doen voor een beter alternatief.”
Er zijn in het plan forse keuzes gemaakt APPMer Robert begeleidt de besluitvorming die hieruit voortvloeit, een rol die even belangrijk is als het vormgeven van het plan. “We zijn een proces gestart waarin iedereen die een rol heeft in de besluitvorming rondom het tramnetwerk is meegenomen: wat is het plan, wat zijn reacties, hoe verhoudt dit zich tot andere gemeentelijke plannen en matcht het met de ambities van de stad en haar omgeving? Ook hebben we bestuurders stapsgewijs meegenomen in het verhaal. Allemaal met het doel draagvlak te creëren,” legt hij uit.
Vervolgens ging het verhaal de officiële besluitvorming in, een proces dat veel debattijd heeft gekost. De tram in relatie tot de mobiliteitstransitie is een onderwerp dat leeft. “Het raakt veel,” aldus Maarten. De adviseur mobiliteit vervolgt: “Het gaat om de economie, de sociale inclusie, de gezondheid van mensen. Dat maakt dat de politiek haar rol moet pakken in de gemeente.”
Robert: “Het plan creëert een urgentie die verder gaat dan het veranderen van het tramnet. Het plan fungeert voor de hele regio als een kapstok voor allerlei andere discussies, veranderingen en projecten. Wij hebben die samenhang verbonden met ons verhaal en dat levert soms complexiteit op. Het mooie daaraan is wel dat het laat zien welke kansen het PTT op allerlei fronten biedt. Daardoor worden bestuurders en hopelijk ook bewoners enthousiast over wat we gaan doen.”
Wat Robert betreft is ‘leefbaarheid’ een belangrijke drijfveer voor de mobiliteitstransitie. “Laatst heb ik voor het eerst de term ‘stadstransitie’ gebruikt, want dat is wat er gaande is in Rotterdam én andere steden. Mobiliteit is daar een onderdeel van. Je moet het in samenhang doen. De transitie vindt vooral plaats op plekken waar veel reuring is, en daar past de tram gewoon heel goed in.”
Pim: “We hebben veel tijd en energie gestopt in het kijken hoe we tot besluitvorming kunnen komen waarbij iedereen tevreden is. Dat vergt begeleiding en organisatie en dat heeft APPM voor ons gedaan. Ze kennen de discussies rondom het thema mobiliteitstransitie, hebben een netwerk in Rotterdam. Ze begrijpen de inhoud en zijn in staat het proces te managen. Het is een samenwerking die zeker nog vervolg krijgt.” Inzet is dat de MRDH op 5 juli het plan vaststelt. Daarna starten MRDH, RET en de tramgemeenten met de uitwerking.
Plan Toekomstvast Tramnet is op 5 juli 2023 vastgesteld door Metropoolregio Rotterdam-Den Haag. Klik hier om het hele plan te bekijken.
We gaan graag het gesprek aan! Neem contact op met:
We gaan graag het gesprek aan! Neem contact op met: