Op donderdag 18 januari vond de eerste Kennisdag RBO Rijn-West plaats in het Archeon te Alphen aan den Rijn. Ongeveer 100 betrokkenen bogen zich over de uitdaging om voor 2027 te zorgen dat de waterkwaliteit verbetert. Ik mocht als ambtelijk voorzitter van het stroomgebied Rijn-West enkele reflecties geven aan het einde van de dag. Graag deel ik die.
Eens te meer werden mij twee dingen duidelijk: urgentie en daadkracht. Dit werd zowel ingegeven door de boodschap van keynote Ellis Penning van Deltares, als door de vele verhalen in de parallelsessie.
Ten eerste het urgentiebesef. We zijn op heel veel plekken goed werk aan het doen, echter de kwaliteit en biodiversiteit in het water komt door bevolkingsgroei en klimaatverandering - met name droogte en verzilting - onder grotere druk te staan. Dit vraagt dus om meer maatregelen dan we dachten. Hier zit de urgentie op doen wat we ons hebben voorgenomen en meer. En niet gebaseerd op de dreiging vanuit Europa of rechtszaken van milieuorganisaties. Deze transitie is noodzakelijk naar een meer toekomstvaste inrichting van ons land en een economie met minder emissies.
Ten tweede resoneert bij mij dat de technische kennis over chemie en ecologie heel belangrijk is, maar vooral ook andere aspecten zijn van groot belang om succesvol te zijn. De waterkwaliteit verbeter je op de wal! Daar zitten de bronnen: toelating en gebruik stoffen, inrichting ruimtelijke ordening, zuiveren en emissies van de landbouw. Samenwerken met ketenpartijen is dan het betoog. Meer precies zou ik willen spreken van ‘dialoog’. Luister naar hen, vertel wat nodig is en zoek bij voorkeur het perspectief met meerwaarde voor alle partijen.
Dat vertellen of agenderen moet steviger: waar is wat nodig? Je gaat het immers pas zien als je het door hebt. Organiseer hiervoor de mensen met de juiste competenties voor het maken van de verbinding, businesscases en juridische borging. Als dat niet werkt kun je als overheid je instrumentarium inzetten. Bijvoorbeeld verscherp vergunningenbeleid in relatie tot wateronttrekkingen en het voorkomen emissies van stoffen en nutriënten. De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur heeft die aanbevelingen in de zomer van 2022 al gedaan.
Samengevat: we hebben al een schatkist aan kennis, de volgende stap is het agenderen van de urgentie. Maak verbinding met ketenpartners en de praktijk: beheerders, boeren en ruimtelijke ontwikkelaars). Dat vraagt lef, inspanning en tijd. Dus laten we daar NU mee beginnen.
Organisatoren Otto Cox, Sandra van der Reepe en Harm Gerrits en alle sprekers, bedankt voor jullie inzet!
We gaan graag het gesprek aan! Neem contact op met:
We gaan graag het gesprek aan! Neem contact op met: