Dit artikel werd gepubliceerd in het APPM Magazine, najaar 2019. Je kunt het magazine hier lezen. Dit artikel vind je op pagina 78 t/m 83. Wil je ons magazine voortaan ontvangen? Laat het ons weten!
Het is 2030 en we kijken naar een nieuwe wijk in een grote Nederlandse stad: iedereen loopt of fietst er, parkeerplaatsen voor de deur zijn verleden tijd, elektrische buurtbakfietsen staan klaar voor gebruik, er is een fijnmazig netwerk van zelfrijdende elektrische deelauto's, overal is plek voor groen en zonnepanelen op de daken voorzien de hele wijk van energie.
Droomplaatje of een realistisch beeld binnen afzienbare tijd?
"Het eerlijke antwoord is, dat we het niet weten", vertelt Theo Stauttener, partner bij Stadkwadraat. "We weten niet exact wat de toekomst brengt en hoe snel ontwikkelingen gaan. Maar we weten natuurlijk wel welke kant het op gaat."
"We hebben dé oplossing niet in onze zak. We gaan samen op zoek naar de juiste richting."
Hoewel de toekomst onzeker is, is het een feit dat het grootste deel van de bevolkingsgroei de komende jaren in de stad plaatsvindt. Feit is ook dat die toenemende dichtheid van wonen, werken en recreëren om nieuwe mobiliteitsoplossingen vraagt. "We zien trends en bewegingen die de stad gaan veranderen", vertelt Theo Stauttener.
Denk daarbij bijvoorbeeld aan:
“Er komt heel veel tegelijk op steden af”, voegt Bas Scholten toe, adviseur mobiliteit bij APPM. “We geven niet één advies, maar onderzoeken samen met Stadkwadraat en onze opdrachtgevers verschillende richtingen. We combineren mobiliteitsdoelen en gebiedsontwikkeling. Waar wil je als stad naar toe? Aan welke knoppen moet je dan draaien? Welke ambities heb je op het gebied van leefbaarheid? Waar moet je de regie op voeren en wat wil je loslaten? Hoe speel je in op een onzekere toekomst? Hoe werk je slim met marktpartijen samen? Hoe ben je ook financieel innovatief?”
Stadkwadraat kijkt daarbij naar de integrale business case en Goudappel Coffeng brengt verkeerskundige expertise. APPM zorgt voor de juiste verbinding tussen betrokken partijen: gemeenten, mobiliteitsaanbieders en ontwikkelaars. “Samen kunnen we meer en zijn we sterker”, benadrukken beide adviseurs.
Dat ‘samen sterker’ geldt ook binnen de gemeente. Waar gebiedsontwikkeling en mobiliteit vaak nog gescheiden werelden waren, worden ze nu gedwongen om samen te werken.“Gemeenten moeten elkaar ook opzoeken,” aldus Bas Scholten. “Kennis ontwikkelen en kennis delen is echt onontbeerlijk.”
"Als je tijdens een meeting rondvraagt, is er welgeteld één persoon met de auto gekomen."
“De gemeenteraad is soms nog behoudend en ziet het autobezit niet zo snel afnemen. Maar als je tijdens een meeting rondvraagt, dan is er welgeteld 1 persoon met de auto gekomen, vertelt Theo Stauttener. Bas Scholten vult aan: “Soms is het ook omgekeerd. Dan zijn plannen zelfrijdend vervoer in een wijk te ambitieus. Simpelweg omdat de huidige technieken, met haar lage snelheden en beperkingen, geen passend antwoord is op de vraag. Wij houden een spiegel voor; innovatief zijn is key, maar niet alles kan nu al. Wij zien het complete plaatje en kijken als overkoepelend strateeg. Daar zit echt de sleutel tot goede adviezen.”
Dit artikel is onderdeel van een reeks: de komende drie weken publiceren we drie cases, uit drie steden. Elk op een andere manier op zoek naar de wijze waarop deelmobiliteit een bijdrage levert aan de bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad.
Drie van onze opdrachtgevers geven een korte inkijk in hun mobiliteitsprojecten, hun uitdagingen en oplossingen. Ze zitten alle drie in een andere fase: van eerste keuzes maken, een bestaand plan aanscherpen tot uitgebreid testen. Kijk mee in Amsterdam, Utrecht en Rotterdam.
We gaan graag het gesprek aan! Neem contact op met: